James Abbott McNeill Whistler
Het model in Het Witte Meisje (1862) is Joanna Heffernan, de maîtresse van de kunstenaar. Er werd over hun relatie gesproken als "een huwelijk zonder hulp van geestelijken." Heffernan droeg vermoedelijk de broek in haar relatie met Whistler; zijn zwager Francis Seymour Haden wees een dineruitnodiging af in de winter van 1863-1864, wegens haar dominante aanwezigheid in het huishouden. Het Witte Meisje laat duidelijk de invloeden van de prerafaëlieten zien, met wie Whistler recentelijk in contact was gekomen. Het schilderij werd door latere kunstcritici geintrepreteerd als een allegorie van onschuldigheid en het verlies ervan, en als een religieuze toespeling op de Maagd Maria.
Voorafgaande aan Het Witte Meisje gebruikte Whistler Heffernan als model voor een ander schilderij. "Wapping" vernoemt naar Wapping in Londen waar Whistler woonde, werd in 1860 begonnen en in 1864 afgemaakt. Het laat een vrouw en twee mannen zien, die op een balkon staan met uitzicht op de rivier. Volgens Whistler was de vrouw - waarvoor Heffernan model had gestaan - een prostituee.