Jonge Vrouw met Ibis

Dit obsederende werk kreeg zijn renomée op de Degas retrospectieve van 1988-89 in het Metropolitan Museum of Art, waar de bezoekers verrast werden door zijn vreemde sfeer. De roem die Degas verwierf met zijn balletdanseressen, baders en jockeyscenes heeft zijn beginjaren in de schaduw gesteld, toen wou hij alleen maar een historische schilder zijn in navolging van zijn twee goden, Ingres en Delacroix. In navolging van Puvis de Chavannes en zijn goede vriend Gustave Moreau, zocht Degas naar mogelijkheden om de vergane tijd en verdwenen plaatsen tot leven te brengen. Mogelijk heeft Moreau het onderwerp van dit ingefluisterd: een vroeg schetsboekje kreeg de titel Jonge Egyptische Vrouw voedert Ibissen. Waarschijnlijk begon hij aan het schilderij in Rome, in de winter en lente 1857-58. Toen het doek naar Parijs kwam voegde Degas het Oosterse stadsbeeld toe. Hij baseerde zich op Hippolyte Flandrin's werk Rêverie dat op zijn beurt afgeleid was van Stratonice, een figuur in Ingres' beroemde Antiochus en Stratonice (Musée Condé, Chantilly). In contrast met de meticuleuse afwerking van de figuur, de drapering en het stadsbeeld, zijn de flamboyante Ibissen enkel geschetst. Degas werkte veel van zijn eerste doeken niet af. Hij hield er een aantal van in zijn bezit, tot zijn dood. Waaronder dit werk.