Eugène Boudin - 12 juli 1824 - 8 augustus 1898 Eugène Boudin - 12 juli 1824 - 8 augustus 1898

Eugène Boudin

12 juli 1824 • 8 augustus 1898
  • Realizm
  • Impressionismo

Eugène Louis Boudin was één van de eerste franse landschapsschilders die in open lucht werkte. Boudin was een marineschilder en expert in het weergeven van al wat er gebeurde op en langs de zee. Zijn pastellen, economisch en synthetisch, oogstten de prachtige lofbetuiging van Beaudelaire en Corot: ze noemden hem "koning van de zeeën".

Geboren in Honfleur als zoon van een havenloods werkte hij als 10-jarige op de stoomboot die tussen Le Havre en Honfleur voer. In 1835 verhuisde de familie naar Le Havre waar Boudin's vader een winkel opende met schrijfwaren en kaders. De jonge Boudin werkte in de winekl en opende later zijn eigen kleine zaak. Boudin's vader stopte met varen en zijn zoon, bij gebrek aan roeping, gaf het ook op. Maar hij had, tot zijn laatste dagen, een zeeman's karakter: hij was openhartig, toegankelijk en eerlijk. 

In zijn winkel, waar schilderijen werden ingekaderd, kwam Boudin in contact met artiesten die in de omgeving werkten en hij stelde werken van Constant Troyon en Jean-François Millet tentoon. Beide, samen met Jean-Baptiste Isabey en Thomas Couture die hij ontmoette in die dagen, moedigden de jonge Boudin aan om een artistieke carrière aan te vatten. Toen hij 22 was verlliet hij de commerciële wereld, begon fulltime te schilderen en ging het volgende jaar naar Parijs en reisde daarna doorheen Vlaanderen. In 1850 kreeg hij een studiebeurs die hem toeliet naar Parijs te verhuizen, al keerde hij vaak terug naar Normandië om er te schilderen en ging hij vanaf 1866 vaak naar Bretagne .

Nederlandse 17de eeuwse meesters hadden een grote invloed op hem en toen hij de Nederlandse schilder Johan Jongkind ontmoette, Jongkind had indruk gemaakt op de franse artistieke scène, adviseerde die hem om plein air te schilderen. Hij werkte ook met Troyon en Isabey en ontmoette in 1859 Gustave Courbet die hem introduceerde bij Charles Baudelaire, de eerste criticus die Boudin's talent onder de aandacht bracht toen die zijn debuut maakten op het Salon van 1859. 

In 1857/58 ontmoette hij de jonge Claude Monet, toen nog maar 18, en overhaalde hem te stoppen met zijn tienerkarikaturen en landschapsschilder te worden en op die manier een liefde voor heldere blauwen en het spel van licht op het water te laten bloeien, later evident in Monet's impressionistische werken. De twee bleven hun leven lang vrienden en Monet zou later Boudin's vroege invloed eren. Boudin vervoegde Monet en zijn jonge vrienden op het eerste salon van de impressionisten in 1874 maar zag zichzelf nooit als radicaal of vernieuwend.

Boudin's groeiende reputatie maakte het hem in de jaren 1870 mogelijk om uitgebreid te reizen. Hij bezocht België, Nederland en het Zuiden van Frankrijk en van 1892 tot 1895 maakte hij regelmatig uitstappen naar Venetië. Hij bleef tentoonstellen op de Parijse Salons en kreeg een bronzen medaille op het Salon van 1881 en een  gouden op de Wereldtentoonstelling van 1889. In 1892 werd hij ridder in het Légion d'Honneur, een late erkenning van zijn talent en de inloed die hij had op zijn tijdgenoten.

Later in zijn leven ging hij om gezondheisredenen terug naar het zuiden van Frankrijk maar was er zich van bewust dat de verlichting die dat bracht van korte duur zou zijn. Hij keerde terug naar Deauville om er te sterven met het zicht op de wateren van het kanaal onder de wolkenhemels die hij zo vaak had geschilderd.